. Bescheiden ter staving van de aanspraak op belastingvermindering
7.1. De bronlidstaten worden verzocht te aanvaarden dat, naast een door de woonlidstaat afgegeven woonplaatsverklaring, andere bewijsstukken worden voorgelegd ter staving van de aanspraak op belastingvermindering. Mogelijke alternatieven zijn onder meer een door de uiteindelijk gerechtigde zelf opgestelde verklaring en de door renseignerende instanties verzamelde bescheiden krachtens Richtlijn 2004/39/EG betreffende markten voor financiële instrumenten.
7.2. Wanneer zij vaststellen welke andere bewijsstukken als bedoeld in punt 7.1 mogen worden aanvaard, kunnen de bronlidstaten rekening houden met het desbetreffende risiconiveau door bijvoorbeeld minder strenge regels vast te leggen voor vorderingen die minder dan 1000 EUR bedragen.